Neem alvast een kijkje

De Surinaamse Elisabeth ‘Betty’ Bergen komt eind jaren twintig naar Nederland om te werken als verpleegkundige. In haar woning op het Harmoniehof, Amsterdam heeft de Surinaamse Elisabeth ‘Betty’ Bergen tijdens WO2 acht Joodse onderduikers, waaronder de dan driejarige Bertje. Die beschouwt ze als haar eigen kind.

In juni 1944 worden ze verraden. Betty komt onder andere in kamp Ravensbrück terecht. Ze overleeft de oorlog en biedt in dezelfde woning onderdak aan vele Surinaamse familieleden. Een ogenschijnlijk gezellige tijd breekt aan. Over de oorlog spreekt ze niet meer. Bertje, die ook de oorlog overleefde, heeft ze nooit meer gezien.

In Brieven aan Bertje brengt theatermaker Bodil de la Parra, zelf half Surinaams, een ode aan deze bijzondere vrouw. Wat waren haar beweegredenen? Hoe was het om als van vrouw van kleur tijdens WO2 te leven in het land van de kolonisator? Losjes gebaseerd op bronmateriaal over het leven van Elisabeth Bergen.

Wanneer

Locatie